Barend van Namenhofje
Oude Hoefstraat 12
Gesticht in 1728 en gebouwd in 1730
Verbouwd in 1788
Vernieuwd in 1915
Architect: W.C. Mulder
Status: rijksmonument
Bestuur: College van regenten
Barent van Namen
Barent van Namen was een koopman in de textiel. Toen hij trouwde was hij greinwerker van
beroep. Grein was een halfzijden, fijne stof waarvan lint of kousen werden gemaakt. Het
was een luxe, meestal roodgeverfd materiaal, dat in de mode rond 1700 veel werd toegepast.
Van Namen deed goede zaken en vergaarde een aardig kapitaaltje.
Op 7 december 1728 had hij een afspraak met notaris Hendrik Kreet om zijn testament te maken.
In december 1728 verwerft hij bij een openbare verkoping een bestaand complex van twaalf
huisjes in een poort aan de Kijfhoek (nu Hoefstraat). In diezelfde maand (op 7 december 1728)
heeft hij een afspraak met notaris Hendrik Kreet waar hij bij testament heeft laten
vastleggen dat hij een hofje wil stichten voor gereformeerde, kinderloze echtparen ouder
dan vijftig jaar. Barent moet een voorgevoel hebben gehad: amper een maand na zijn aankoop
overlijdt hij.
Hofje
Na het verscheiden van de stichter werd het hofje in 1730 in gebruik genomen. Het hofje bestond
uit een steegje met aan beide zijden zes huisjes.
Komt een van de echtelieden te overlijden, dan mag de langstlevende in het hofje blijven wonen.
Woont er in het hofje echter nog een alleenstaande van hetzelfde geslacht, dan moeten de twee
bij elkaar intrekken. De bewoners kunnen uit hun woning gezet worden als ze 'van quaad, ofte
ongemakkelijk gedrag ofte leeven' zijn.
Verbouwingen en nieuwbouw
In 1788 lieten de regenten het hofje grondig opknappen er werd zelfs een fraaie toegangspoort
gebouwd. Daarna bleef het hofje lang onveranderd.
In 1915 vond de regent Carel Pape het hofje niet langer geschikt om er bejaarden in te laten
wonen. Hij gaf aan de architect W. C. Mulder opdracht een nieuw hofje te ontwerpen. De bewoners
werden tijdelijk elders ondergebracht.
De twaalf oude huisjes werden afgebroken om plaats te maken voor een volkomen nieuw hofje en
dat alles op kosten van regent Pape. Architect W.C. Mulder krijgt een groter bouwterrein tot zijn
beschikking en kan de twaalf nieuwe woningen rond een open ruimte groeperen. Hij doet dat in een
traditionele Oudhollandse bouwstijl met pannendaken, buitenluiken en ramen met roedeverdeling.
Bovendien plaatst hij de huisje in- en uitspringend ten opzichte van elkaar. Zo weet hij een
suggestie van grote ruimte te creëren. Het hofje staat daarom al gauw bekent als het ‘villahof’.
Omschrijving van Barend van Namenshof
De HOFJESWONING met regentenkamer is over één bouwlaag in rode baksteen opgetrokken boven een hardstenen
plint. Het symmetrische bouwvolume bestaat uit een sterk risalerend middendeel met afgesnoten hoeken,
geflankeerd door iets lagere aanbouwen onder een plat dak. De risaliet wordt afgedekt door een tentdak
met rode geglazuurde verbeterde Hollandse pannen en een gemetselde schoorsteen op de top. In de risaliet
een groot kruisvenster, met daarboven een zandstenen gevelsteen met wapenschilden en in reliëf de tekst:
'Hofje Barent van Namen, vernieuwd in 1915 door den regent Mr. G.W.J.J. Pape'. In de afgesnoten geveldelen
een venster met bovenlicht, waarboven een gevelsteen met in reliëf het jaartal 1730 (oost) en 1915 (west).
De gevels worden afgesloten door een geprofileerde gootlijst. Boven de middelste vensteras in de voorgevel
een fronton met Neo- Barokke vorm.
In de voorgevel (noord) van de oostelijke aanbouw bevindt zich de ingang, een rechtgesloten paneeldeur
met een tweedelig bovenlicht. De zijgevel is blind. In de voorgevel van de westelijke aanbouw een klein
hooggeplaatst kruisvenster.
In de zijgevel een klein venster. Waterdorpels van geglazuurde baksteen onder de schuiframen, zesruits
ramen in het bovenste gedeelte van de kruisvensters of in de bovenlichten. Luiken aan weerszijden van
het onderste gedeelte van de vensters. IJzeren tandlijstjes op de bovendorpel van de kozijnen, onder
rollagen.
Interieur Van het interieur zijn onder meer houten lambriseringen en een natuurstenen schouw met
Neo-Lodewijk XVI decoraties in pleisterwerk bewaard gebleven.
Waardering
De hofjeswoning met regentenkamer van het Barent van Namenshofje is cultuurhistorisch van algemeen
belang als onderdeel van een representatief vroeg twintigste eeuws hofje.
Het is van algemeen architectuurhistorisch belang vanwege de Nieuw- Historiserende stijl met
Oud-Hollandse en Neo-Barok elementen en als kenmerkend ontwerp in het veelzijdige oeuvre van W.C. Mulder.
Stedebouwkundig gezien is de hofjeswoning met regentenkamer van belang vanwege de visuele en
functionele relatie met de andere onderdelen van het hofje.
Het exterieur van de regentenkamer is nog bijzonder gaaf, van het interieur zijn enkele
essentiële onderdelen bewaard gebleven.
Bron: Rijksdienst voor het Cultureel Erfgoed
Toegangspoort
De tekst boven de toegangspoort verwijst naar de stichter van het hofje: Barent van Namen.
tekst op ingang:
HET HOFJE VAN BARENT VAN NAMEN
OPGERIGT ANNO 1730
VERNIEWT ANNO 1788
Het hofje wordt beheert door Stichting Hofje Barend van Namen, Postbus 2309, 2301 CH Leiden.
|